Hollandse Smoushond

Hollandse Smoushond

Oorspronkelijk doel

Tegen het midden van de 19e eeuw in Amsterdam in gegoede kringen zeer in trek als begeleider van paard en rijtuig en als rattenvanger in de stal.

Beknopte geschiedenis

Al rond 1800 wordt geschreven over dit soort hondjes. Waar de Hollandse Smoushond precies vandaan komt, is niet met zekerheid te zeggen. De handelaar Abraas haalde deze honden uit de Rotterdamse haven. Onduidelijk is of ze met Rijnakers uit Duitsland kwamen als afgekeurde ruwharige pinschers / schnauzers). Perioden van populariteit werden afgewisseld met afnemende belangstelling. Mevrouw Riek Barkman heeft zich sinds begin jaren 70 hard gemaakt om dit ras weer terug te fokken.

Vroeger	Nu
±1900

Uiterlijk volgens rasstandaard (FCI-308)	Oorspronkelijk doel in relatie tot het uiterlijk
Ruwharig, levendig, vierkant van lichaamsbouw Krachtig bespierd, Breed hoofd met korte stop en voorsnuit is 1/3 van de schedel. Stevig gebouwd met matige hoekingen. De kleur is bij voorkeur eenkleurig geel in alle schakeringen, liefst donkerstrogeel.	Het lichaam moest gebouwd zijn om paarden en rijtuigen te begeleiden en dus lange tijd te kunnen lopen. Daarnaast moet hij snel en behendig zijn om de muizen en ratten te elimineren.

Huidig uiterlijk

Uiterlijk de volgens de rasvereniging minder belangrijk. Karakter en gezondheid zijn vanaf het begin de belangrijkste selectiecriteria. Er is dan ook veel variatie in typen, vachten en hoofden.

Gedrag volgens rasstandaard	Oorspronkelijk doel in relatie met gedrag
Aanhankelijk, vrolijk, vriendelijk, en vrij van aard, levendig van temperament maar niet zenuwachtig of schrikachtig.	Voor een hondje dat gebruikt werd om ratten en muizen te vangen zien we vaak een wat feller karakter dan je bij de Smous ziet. Mevrouw Barkman hield van rustige honden en hierop is vanaf het begin streng geselecteerd.

Huidig gedrag

Het huidige Smoushondje is een prettige gemakkelijke te houden gezinshond. Er wordt in de fokkerij veel aandacht besteed aan het karakter.

Gezondheid *1

Al vanaf het allereerste begin zijn gezondheid en gedrag zeer belangrijke selectiecriteria geweest. Hier werd dan ook geen enkele concessie aan gedaan. Hierdoor kent het ras geen rasgebonden gezondheids eigenschappen.

Overig / Aandachtspunten

De rasvereniging heeft een uniek fokbeleid. Er wordt een goed contact met alle pupkopers onderhouden en worden gestimuleerd hun hond voor de fokkerij in te zetten en worden hie actief in begeleid.
De pupprijzen zijn erg laag waardoor dit ras niet interessant is voor broodfokkers. Op dit moment (2021) is de wachtlijst voor een pup 2 jaar.

Bron

• Fédération Cynologique Internationale (FCI)
• Graaf van Bylandt
• Hondenwereld
• Rasvereniging
• Diverse kenners van het ras.